Maar… is autisme dan niet besmettelijk?

Thijs werd zoals gewoonlijk opgehaald van school om 11.35. Zoals gewoonlijk zat hij in het ophaalbusje op de tweede rij en middelste stoel. Er moest drie keer gevraagd worden of hij zijn gordel om wilde doen. Onderweg zag hij wilde dieren en waarschuwde voor Godzilla op het gebouw van de Unilever. Ik moest hem drie keer vertellen dat Godzilla niet gevaarlijk was. Aangekomen op de groep moest er drie keer worden gezegd dat we er waren en of hij wilde uitstappen. Hij maakte een aantal sprongetjes in de tuin, mompelde wat in zichzelf, hing zijn jas op en ging op het kleed met de k’nex spelen. Hij bouwde graag ‘wolverine-claws’ waar hij anderen mee achterna zat. Daarna ging hij Donald Duckjes lezen, totdat we gingen lunchen. Die dag waren er twee jongens van de middelbare school aanwezig die stage liepen op de groepsopvang. Dat was anders dan anders.

Toen het tijd was om aan tafel te gaan wilde Thijs niet. Hij weigerde. Dat deed hij anders nooit. Omdat hij zo graag at, schrokte en smakte en er geen limiet zat aan hoeveel hij naar binnen kon werken, had Thijs zelfs Pokemon-afspraken over tafelmanieren. Pikachu eet immers ook met mes en vork.

Ik was verbaasd.
‘Waarom wil je dan niet aan tafel?’
‘Nee! Ik ga niet aan tafel. Je kunt me niet dwingen!’

Ik probeerde nog wat te overtuigen, maar tevergeefs. Ik trok hem overeind van de bank en Thijs liet zich achterover tegen me aan vallen. Dit deed hij vaker en moest dan lachen. Ik sloeg mijn armen om hem heen en schoof hem over de vloer vooruit.  Hoewel Thijs het nog steeds grappig vond, was hij ook bijzonder serieus en boos, want hij ging echt niet aan tafel eten.

Het geschreeuw trok de nodige aandacht van alle aanwezigen, dus ik schoof Thijs de woonkamer uit en de Lounge in. Daar aangekomen ging hij doodleuk een Donald Duckje zitten lezen op de bank. Alsof de kwestie ‘aan tafel eten’ daarmee was afgedaan. Perfect tevreden.

Ik ging op mn knieën voor hem zitten en trok het Donald Duckje weg. Daarop keek hij me boos aan.
‘Je bent een spelbederver!’
‘Luister, vertel nou eens waarom je niet aan tafel wil eten. Dan begrijp ik het beter.’
‘Straks zijn ze besmettelijk.’
‘Wie zijn besmettelijk?’
‘Die jongens.’

Ik vertelde wie het waren, wat ze kwamen doen, dat ze heel aardig zijn en echt niet besmettelijk.

‘En wat als ik hen besmet?’
‘Maar je bent toch niet ziek? Waarmee zou je ze dan besmetten?’
‘Met m’n autisme.’

Toen duidelijk was dat autisme geen ziekte is en niet besmettelijk, liep hij mee naar tafel om te gaan lunchen.

Meer verhalen lezen? Klik hier

2 thoughts on “Maar… is autisme dan niet besmettelijk?

Geef een reactie